Ronde van Overijssel 1977
2 mei 2022 - Vijfenveertig jaar geleden op 7 mei 1977 werd Overijssels mooiste voor de 26e keer gereden. In de archieven van Koos 't Hart doken we het koersverslag op. Frits Schur was na zijn actieve carriere succesvol als ploegleider voor o.a. Jo van Aarle, Golff-Foreldorado en Löwik-Tegeltoko
RONDE VAN OVERIJSSEL.(1977.05.07)
Loon naar werken voor FRITS SCHUR in Ronde van Overijssel
Bij namen als Jan Janssen (1960), Gerber Karstens (1964), Hennie Kuiper (1970) en die van Arie Hassink, winnaar van de zilveren Ronde van Overijssel in 1976, wordt sinds zaterdag nu ook die van Frits Schur, de bescheiden 26-jarige Didammer, geschreven. De sympathieke Achterhoeker, die in september 1972 zijn enige klassieke zege boekte door het winner van de Ronde van de Achterhoek, liet het in de 26e Ronde van Overijssel niet aan een ander over op de meet nog de wedstrijd te maken. Schur, als altijd nu ook weer attent koersend, deed in gezelschap van Giel v. d. Sterren zo'n 5 km voor de finish de beslissende aanzet, die voor de Didammer tot de overwinning zou leiden. Tweeduizend meter verder begon de lange eindspurt naar de finishlijn.
Geen onlogische zaak, zo'n lange sprint na dik 190 km koersen, want noch Schur, noch v. d. Sterren is een man die een vlijmscherpe jump in de benen heeft.
Zeker is zeker, dacht Frits Schur, die daarom maar lengte in zijn sprint legde en v. d. Sterren op 300 meter van de kalklijn definitief van zich afschudde.
Na Arie Hassink vorig jaar dit keer dus weer een oostelijke renner die prijs en premie in de wacht sleepte aan de finish in Rijssen na een Overijsselse ronde, die ditmaal weinig flonkeringen kende, al is er ook stevig in gekoerst.
Of bekendheid met het feit hoe de finish lag ten voordele van Frits Schur is geweest? “Ik wist in ieder geval hoe die aanloop naar de meet was," zei Schur, die er aan toevoegde: “Ik geloof niet dat Giel v. d. Sterren precies wist hoe dat in mekaar zat. Dat heeft mij toch wel voordeel opgeleverd."
Met ruim 190 km voor de boeg is het dollemanswerk als een furie pogen de meute uit elkaar te trekken en het bijna 100 man sterke peloton dat Rijssen om elf uur verliet, wachtte er in de eerste tientallen kilometers dan ook wel voor het hoofd zogezegd in de strop te steken.
Bovendien werkte het weer ten voordele van een rustig koersverloop, dat in de buurt van Tubbergen na 80 km de eerste onrust in de volgerskaravaan bracht en de toeschouwers langs de weg wat kleur op de konen. Een groep van tien man trok daar weg uit de hoofdmacht. In elkaars gezelschap op het voorplan bevonden zich o.a. Arie Hassink en Ton ter Harmsel - twee Amstel-manner - waarbij verder als sterke componenten Michel Jacobs (Union), Bas van Lamoen (Batavus), Jos Nederlof (Bik), Giel v. d. Sterren (R & B), Joop van Vliet (Westland) en Wenk Botterhuis (Jan van Erp ) zaten. Ook de rappe Martin Havik (Club Ketting) was op tijd op de pedalen gaan staan toen zich de afscheiding losmaakte.
PRIMA SAMENWERKING
In dat groepje was de samenwerking prima. “Niets dan lof daarover," vertelde Arie Hassink, „en we hebben toch een aardige voorsprong kunnen opbouwen." De vedette uit Neede had gelijk, want, de soepel draaiende koplopers werden nog bevoordeeld doordat bij het station Wierden (96 km) de achtervolgers voor een gesloten spoorboom moesten blijven staan. De wijzers van de klokken draaiden die achterblijvers dan ook versneld op een achterstand die van zo'n 30 sec. tot ver over de minuut (1.40) uitliep. Maar daar, nog wachtende voor die neergelaten spoorbomen, maakten de mannen de af spraak er met z'n allen toch maar eens echt voor te gaan rijden. Frits Schur was een van de mannen die dat plan smeedden. “Mijn vorm was verschrikkelgk goed en ik was best bereid om er nog eens keihard tegenaan te gaan," deed de Didammer uit de doeken.
Het bleek dat die afspraak waterdicht was. Frits Schur, Hans Langerijs en Frits Pirard deden het tempo met sprongen oplopen en de aanvankelijke 1.40 voorsprong van de kopgroep slonk zienderogen: bij Vroomshoop (113 km) nog 1 min. 08 sec., vijf kilometer verder, bij Den Ham, was het verschil al minder dan een minuut (53 sec.) en zo schommelde het langzaamaan terug naar 40 en 30 seconden.
GEPAKT
Al voor Lemele (130 km), met de berg nog in zicht, was het pleit voor de eerste vluchters beslecht. In die achtervolging sneuvelden o.m. Hennie Stamsnijder en Ab Nederlof, maar Frits Schur als aanvoerder van de mannen die het complot hadden gesmeed bleef beresterk rijden. Schur liet ook niets meer aan het toeval over („Je kon geen moment even niet opletten, dat was levensgevaarlijk") en nam toen meteen, bergopwaarts de Lemelerberg, zelf maar het initiatief.
Naar voren gingen daar eerst Bas van Lamoen die ondanks te zijn achterhaald geen greintje zelfvertrouwen had verloren, Giel v. d. Sterren - wederom dus op het vinketouw -, Jan Feiken en Frits Schur. Bij dit kwartet voegden zich Albert Scheffer en Matje Dohmen, die nog met pech werd geconfronteerd, maar in 4 km de tanden op elkaar bijtend zich weer in de frontlinie vervoegde.
Daarin wisten Schur, Scheffer en v. d. Sterren tempobepalend te handelen, maar de zaak definitief uit elkaar sleuren lukte toch niet. Wel bewerkstelligde het, dat renners als Langerijs en Pirard in de tweede groepering de man met het bekende stuk timmermansgereedschap op hun weg tegenkwamen en zodoende door hun aspiraties een streep konden halen. Spijtig als je bergen werk hebt verzet! Maar over bergen gesproken: de flinke stijgingen naar Hellendoornseberg, de Nijverdalse- en Holterberg, alsmede de Herikerberg, in de route gestrooid van het prachtige Twentse landschap op de laatste 40 km naar de finish, konden ook het beeld van deze Overijsselse ommegang niet meer wijzigen.
In de laatste kilometers liet Giel v. d. Sterren zich veelvuldig in de spits zien - om het maar eens in een voetbalterm te zeggen - maar Frits Schur was ook met het einde in zicht nog steeds de alerte, vol spanning geladen coureur, die ditmaal elke verrassings- of overrompelingsmogelijkheid bij voorbaat uitsloot. En daarom – mede gelet op het voortreffelijke rijden in een optimale vorm - ook zo'n sterk en subliem winnaar van deze 6e Ronde van Overijssel, die organisatorisch weer uitstekend was “verpakt" door het organiserende Comite Ronde van Overijssel - in samenwerking met Dagblad Tubantia, dat volgende week alweer alle plannen voor de Ronde van 1978 in de gemeentelijke brievenbus moet hebben gestopt.
Amateurs: 1. F. Schur (Didam) 193 km in 4 uur 21 min. 50 sec., 2. G. v. d. Sterren (Haarsteeg) op 2 sec., 3. B. v. Lamoen (Rosmalen) op 12sec., 4. A. Scheffer (Zelhem), 5. M. Dohmen (Born), 6. J. Feiken (Veendam), 7. M. Jacobs (Bingelrade) op 20 sec., 8. E. Visschers (Sweykhuizen), 9. L. Rotman (Rontich, B.), 10. G. Pronk (Scheveningen), 11. F. Pirard (Breda) op 2.17 min., 12. D. Timmer (Yde de Punt) op 2.20, 13. R. v. Trigt (Hillegom), 15. P. Kuys (VIijmen), 15. H. Botterhuis (Sambeek), 16. J. Olde Meule (Tubbergen), 17. H. Langerijs (Blokker), 18. B. Scheuneman (Veendam), 19. T. de Lange (Marienberg), 20. J. Spiiker (Kampen), 21. J. Ribbers (Groenlo), 22. ex aequo P. Franken, A. Nederlof (Maarssen), C. de Wolf ('s-Gravendeel), G. Oosterbosch (Eindhoven), A. v. d. Bunider (IJzendijke), B. de Groot (Hank), H. Lunenburg (Loosbroek), B. Groen (Steenwijk), F. Schootman (Neede), J. Tiidink (Utrecht), H. Vaanholt (Haaksbergen), J. v. Vliet, M. Toussaint, T. Wissink (Ol,denzaal), A. Hassink (Neede), T. ter Harmsel (Lage Zwaluwe).